kort
Nieuws uit Amsterdam UMC
JANUS  •  populair-wetenschappelijk tijdschrift Amsterdam UMC 

Getal

1 miljoen 

Zoveel mensen krijgen wereldwijd jaarlijks een pacemaker. Tot nu toe kon slechts 20% van de patiënten een draadloze versie krijgen. Een internationaal consortium onder leiding van Amsterdam UMC ontwikkelde een verbeterde versie die een draadloze pacemaker nu voor alle patiënten geschikt maakt.

Tien jaar geleden stonden onderzoekers van Amsterdam UMC aan de basis van de ontwikkeling van de draadloze minipacemaker. Destijds was dat een enorme innovatie op de traditionele pacemaker, het onderhuids geplaatste kastje met een draad naar het hart. Alleen kon een draadloze mini­pacemaker tot nu toe enkel in één holte van het hart, de hartkamer, worden geplaatst. Na jarenlang internationaal klinisch onderzoek is het gelukt om een draadloze minipacemaker te ontwikkelen die ook in een ander deel van het hart, de boezem, kan worden geplaatst.

Mireille Serlie
Foto: Anita Edridge 

Quote
‘Als de hersenen niet mee veranderen is het moeilijk om gezond eetgedrag vol te houden’
Onderzoekers van Amsterdam UMC en Yale University zagen dat de hersenen van personen met obesitas anders reageren op voeding dan personen met een gezond gewicht. Dit veranderde niet na gewichtsverlies. “Hierdoor kan mogelijk verklaard worden waarom mensen met ernstig overgewicht vaak meer eten dan nodig is", zegt Mireille Serlie, hoofdonderzoeker en hoogleraar Endocrinologie bij Amsterdam UMC en hoogleraar bij Yale. 

Om te onderzoeken of de hersenen van mensen met obesitas anders reageren op voeding in de maag vergeleken met mensen met een gezond gewicht, zetten de onderzoekers een gecontroleerde proef op. Hierbij dienden zij voeding direct in de maag toe bij 28 deelnemers met een gezond lichaamsgewicht en bij 30 personen met obesitas. Op hetzelfde moment werd de hersenactiviteit gemeten met een MRI. Hieruit bleek dat de hersenactiviteit bij de mensen met een gezond gewicht wel veranderde als zij voeding in hun maag hadden, maar bij de mensen met obesitas niet. Ook was de dopamineafgifte in de hersenen, gemeten met behulp van een SPECT-scan, verlaagd bij mensen met ernstig overgewicht. “Deze bevindingen duiden op een verminderde hersenreactie op de aanwezigheid van eten in de maag bij mensen met obesitas”, aldus Serlie.

Om te onderzoeken of deze verminderde hersenrespons verbetert na gewichtsverlies werden de personen met obesitas opnieuw gemeten nadat ze in 3 maanden tijd 10% waren afgevallen met behulp van een dieet. “Opvallend genoeg bleven de reacties in de hersenen hetzelfde als vóór het gewichtsverlies. Dit zou kunnen bijdragen aan de gewichtstoename die we heel vaak zien nadat mensen eerst succesvol zijn afgevallen. Als de hersenen niet mee veranderen is het moeilijk om gezond eetgedrag vol te houden", concludeert Serlie.

Opmerkelijk
Combinatietherapie effectiever dan chemotherapie bij chronische lymfatische leukemie
Chemotherapie was tot nu de meest effectieve behandeling voor jonge en fitte patiënten met chronische lymfatische leukemie (CLL). De ziekte is de meest voorkomende vorm van leukemie in Nederland, met 1000 nieuwe patiënten per jaar, en is tot nu toe ongeneeslijk. Een gerichte combinatietherapie zonder chemo is effectiever en geeft ook minder bijwerkingen. Dit blijkt uit onderzoek geleid door onderzoekers van de universiteit Keulen, Amsterdam UMC en universiteit Kopenhagen.

CLL ontstaat in B-cellen, een type witte bloedcel dat zorgt voor antistofvorming tegen bacteriën en virussen. Een van de meest voorkomende complicaties van deze ziekte zijn (ernstige) infecties.

Het onderzoek in Amsterdam UMC van de laatste jaren heeft sterk bijgedragen aan een beter begrip over de biologie van de ziekte. Arnon Kater, hoogleraar Hematologie en voorzitter van de HOVON CLL studiegroep: “Venetoclax therapie is werkzaam maar moet zeer langdurig gegeven worden, wat zeer hoge kosten, langdurig risico op bijwerkingen en resistentievorming met zich meebrengt. Door venetoclax te combineren met middelen die juist hun werk kunnen doen in de lymfeklier, bedachten we dat er combinatiebehandelingen van beperkte duur mogelijk waren die effectiever en langer effectief zouden zijn dan chemotherapie”, aldus Kater. “Deze studie laat zien dat je met slimme tijdelijke en veilige combinaties, patiënten langdurig behandelvrij kan maken, waarbij kans op resistentievorming vele malen lager is. En we denken ook dat het zelfs mogelijk is om al eerder dan na een jaar te stoppen met de combinatietherapie. Dit willen we nu gaan onderzoeken.”  

Foto: Shutterstock

Proefschrift
Meer aandacht voor toestemming handelingen tijdens bevalling
Het is een wettelijke en ethische vereiste dat er geïnformeerde toestemming wordt verkregen voordat medische handelingen worden uitgevoerd. Promovenda Marit van der Pijl onderzocht onder 11.418 vrouwen hoe vaak en bij welke handelingen er geen toestemming is gevraagd tijdens de bevalling en/of er onvoldoende informatie was gegeven aan vrouwen. Ook vroeg zij in hoeverre vrouwen hier last van hadden. 

Van der Pijl concludeert dat bepaalde handelingen tijdens de bevalling regelmatig worden uitgevoerd zonder toestemming. Soms vinden handelingen zelfs plaats tegen de wens van de barende vrouw in. Dit heeft een negatieve invloed op de ervaren kwaliteit van zorg. Meer bewustwording is volgens de promovenda nodig. Het is belangrijk dat de toestemmingsvereiste in de zorg rond de geboorte vaker en beter gerespecteerd wordt, dat zorgverleners hierin getraind en gesteund worden, en dat mogelijke barrières die zij ervaren bij het uitvoeren van hun taak worden aangepakt. Ook is het volgens Van der Pijl belangrijk dat de zorgverlener en de zwangere al tijdens de zwangerschap in gesprek gaan over de bevalling.

Publicatie
Veganistisch dieet geen invloed op moedermelk

Een veganistisch dieet heeft geen invloed op de concentratie vitamine B2 en carnitine in moedermelk. Deze twee voedingsstoffen komen vooral voor in dierlijke producten en zijn essentieel zijn voor de ontwikkeling van de baby. Dit blijkt uit onderzoek van het Emma Kinderziekenhuis van Amsterdam UMC.

De onderzoekers toonden aan dat de moedermelk van vrouwen die een veganistisch dieet volgen evenveel vitamine B2 en carnitine bevat als moedermelk van vrouwen die alles eten. Hoofdonderzoeker Hannah Juncker: “Baby’s die moedermelk krijgen van veganistische moeders hebben dus waarschijnlijk geen verhoogd risico op een tekort aan deze voedingsstoffen, terwijl je dat misschien wel zou verwachten

De onderzoekers bepaalden de concentraties vitamine B2 en carnitine in moedermelk én in het bloed van 25 vrouwen met een veganistisch dieet. Ze vergeleken dit met de moedermelk en het bloed van 25 vrouwen die alles eten. Uit de resultaten bleek dat vitamine B2-concentratie zowel in bloedserum als in moedermelk bij beide groepen gelijk was. De concentratie carnitine in het bloed van veganistische vrouwen was veel lager dan in de controlegroep. Terwijl deze concentratie in de moedermelk juist vergelijkbaar was. Juncker: “Dat is een opvallende bevinding omdat je bij een lage bloedconcentratie bij de moeder ook weinig carnitine in moedermelk zou verwachten. Een mogelijke verklaring is dat de borstklier de carnitineconcentratie toch op peil weet te houden. Maar hoe dit kan, weten we niet precies.”

Eerdere studies suggereerden dat vrouwen die borstvoeding geven hun consumptie van dierlijke producten zouden moeten verhogen om tekorten in moedermelk te voorkomen. De resultaten uit deze studie laten zien dat dit voor deze twee voedingsstoffen waarschijnlijk niet nodig is omdat een veganistisch dieet daar geen invloed op heeft. 

JANUS • populair-wetenschappelijk tijdschrift
kort
Nieuws uit Amsterdam UMC

Getal

1 miljoen 

Zoveel mensen krijgen wereldwijd jaarlijks een pacemaker. Tot nu toe kon slechts 20% van de patiënten een draadloze versie krijgen. Een internationaal consortium onder leiding van Amsterdam UMC ontwikkelde een verbeterde versie die een draadloze pacemaker nu voor alle patiënten geschikt maakt.

Tien jaar geleden stonden onderzoekers van Amsterdam UMC aan de basis van de ontwikkeling van de draadloze minipacemaker. Destijds was dat een enorme innovatie op de traditionele pacemaker, het onderhuids geplaatste kastje met een draad naar het hart. Alleen kon een draadloze mini­pacemaker tot nu toe enkel in één holte van het hart, de hartkamer, worden geplaatst. Na jarenlang internationaal klinisch onderzoek is het gelukt om een draadloze minipacemaker te ontwikkelen die ook in een ander deel van het hart, de boezem, kan worden geplaatst.

Mireille Serlie
Foto: Anita Edridge 

Quote
‘Als de hersenen niet mee veranderen is het moeilijk om gezond eetgedrag vol te houden’
Onderzoekers van Amsterdam UMC en Yale University zagen dat de hersenen van personen met obesitas anders reageren op voeding dan personen met een gezond gewicht. Dit veranderde niet na gewichtsverlies. “Hierdoor kan mogelijk verklaard worden waarom mensen met ernstig overgewicht vaak meer eten dan nodig is", zegt Mireille Serlie, hoofdonderzoeker en hoogleraar Endocrinologie bij Amsterdam UMC en hoogleraar bij Yale. 

Om te onderzoeken of de hersenen van mensen met obesitas anders reageren op voeding in de maag vergeleken met mensen met een gezond gewicht, zetten de onderzoekers een gecontroleerde proef op. Hierbij dienden zij voeding direct in de maag toe bij 28 deelnemers met een gezond lichaamsgewicht en bij 30 personen met obesitas. Op hetzelfde moment werd de hersenactiviteit gemeten met een MRI. Hieruit bleek dat de hersenactiviteit bij de mensen met een gezond gewicht wel veranderde als zij voeding in hun maag hadden, maar bij de mensen met obesitas niet. Ook was de dopamineafgifte in de hersenen, gemeten met behulp van een SPECT-scan, verlaagd bij mensen met ernstig overgewicht. “Deze bevindingen duiden op een verminderde hersenreactie op de aanwezigheid van eten in de maag bij mensen met obesitas”, aldus Serlie.

Om te onderzoeken of deze verminderde hersenrespons verbetert na gewichtsverlies werden de personen met obesitas opnieuw gemeten nadat ze in 3 maanden tijd 10% waren afgevallen met behulp van een dieet. “Opvallend genoeg bleven de reacties in de hersenen hetzelfde als vóór het gewichtsverlies. Dit zou kunnen bijdragen aan de gewichtstoename die we heel vaak zien nadat mensen eerst succesvol zijn afgevallen. Als de hersenen niet mee veranderen is het moeilijk om gezond eetgedrag vol te houden", concludeert Serlie.

Opmerkelijk
Combinatietherapie effectiever dan chemotherapie bij chronische lymfatische leukemie
Chemotherapie was tot nu de meest effectieve behandeling voor jonge en fitte patiënten met chronische lymfatische leukemie (CLL). De ziekte is de meest voorkomende vorm van leukemie in Nederland, met 1000 nieuwe patiënten per jaar, en is tot nu toe ongeneeslijk. Een gerichte combinatietherapie zonder chemo is effectiever en geeft ook minder bijwerkingen. Dit blijkt uit onderzoek geleid door onderzoekers van de universiteit Keulen, Amsterdam UMC en universiteit Kopenhagen.

CLL ontstaat in B-cellen, een type witte bloedcel dat zorgt voor antistofvorming tegen bacteriën en virussen. Een van de meest voorkomende complicaties van deze ziekte zijn (ernstige) infecties.

Het onderzoek in Amsterdam UMC van de laatste jaren heeft sterk bijgedragen aan een beter begrip over de biologie van de ziekte. Arnon Kater, hoogleraar Hematologie en voorzitter van de HOVON CLL studiegroep: “Venetoclax therapie is werkzaam maar moet zeer langdurig gegeven worden, wat zeer hoge kosten, langdurig risico op bijwerkingen en resistentievorming met zich meebrengt. Door venetoclax te combineren met middelen die juist hun werk kunnen doen in de lymfeklier, bedachten we dat er combinatiebehandelingen van beperkte duur mogelijk waren die effectiever en langer effectief zouden zijn dan chemotherapie”, aldus Kater. “Deze studie laat zien dat je met slimme tijdelijke en veilige combinaties, patiënten langdurig behandelvrij kan maken, waarbij kans op resistentievorming vele malen lager is. En we denken ook dat het zelfs mogelijk is om al eerder dan na een jaar te stoppen met de combinatietherapie. Dit willen we nu gaan onderzoeken.”  

Foto: Shutterstock

Proefschrift
Meer aandacht voor toestemming handelingen tijdens bevalling
Het is een wettelijke en ethische vereiste dat er geïnformeerde toestemming wordt verkregen voordat medische handelingen worden uitgevoerd. Promovenda Marit van der Pijl onderzocht onder 11.418 vrouwen hoe vaak en bij welke handelingen er geen toestemming is gevraagd tijdens de bevalling en/of er onvoldoende informatie was gegeven aan vrouwen. Ook vroeg zij in hoeverre vrouwen hier last van hadden. 

Van der Pijl concludeert dat bepaalde handelingen tijdens de bevalling regelmatig worden uitgevoerd zonder toestemming. Soms vinden handelingen zelfs plaats tegen de wens van de barende vrouw in. Dit heeft een negatieve invloed op de ervaren kwaliteit van zorg. Meer bewustwording is volgens de promovenda nodig. Het is belangrijk dat de toestemmingsvereiste in de zorg rond de geboorte vaker en beter gerespecteerd wordt, dat zorgverleners hierin getraind en gesteund worden, en dat mogelijke barrières die zij ervaren bij het uitvoeren van hun taak worden aangepakt. Ook is het volgens Van der Pijl belangrijk dat de zorgverlener en de zwangere al tijdens de zwangerschap in gesprek gaan over de bevalling.

Publicatie
Veganistisch dieet geen invloed op moedermelk

Een veganistisch dieet heeft geen invloed op de concentratie vitamine B2 en carnitine in moedermelk. Deze twee voedingsstoffen komen vooral voor in dierlijke producten en zijn essentieel zijn voor de ontwikkeling van de baby. Dit blijkt uit onderzoek van het Emma Kinderziekenhuis van Amsterdam UMC.

De onderzoekers toonden aan dat de moedermelk van vrouwen die een veganistisch dieet volgen evenveel vitamine B2 en carnitine bevat als moedermelk van vrouwen die alles eten. Hoofdonderzoeker Hannah Juncker: “Baby’s die moedermelk krijgen van veganistische moeders hebben dus waarschijnlijk geen verhoogd risico op een tekort aan deze voedingsstoffen, terwijl je dat misschien wel zou verwachten

De onderzoekers bepaalden de concentraties vitamine B2 en carnitine in moedermelk én in het bloed van 25 vrouwen met een veganistisch dieet. Ze vergeleken dit met de moedermelk en het bloed van 25 vrouwen die alles eten. Uit de resultaten bleek dat vitamine B2-concentratie zowel in bloedserum als in moedermelk bij beide groepen gelijk was. De concentratie carnitine in het bloed van veganistische vrouwen was veel lager dan in de controlegroep. Terwijl deze concentratie in de moedermelk juist vergelijkbaar was. Juncker: “Dat is een opvallende bevinding omdat je bij een lage bloedconcentratie bij de moeder ook weinig carnitine in moedermelk zou verwachten. Een mogelijke verklaring is dat de borstklier de carnitineconcentratie toch op peil weet te houden. Maar hoe dit kan, weten we niet precies.”

Eerdere studies suggereerden dat vrouwen die borstvoeding geven hun consumptie van dierlijke producten zouden moeten verhogen om tekorten in moedermelk te voorkomen. De resultaten uit deze studie laten zien dat dit voor deze twee voedingsstoffen waarschijnlijk niet nodig is omdat een veganistisch dieet daar geen invloed op heeft.