Hoogvlieger
JANUS  •  populair-wetenschappelijk tijdschrift Amsterdam UMC 

“De logica van hoe een lichaam werkt, blijft mij fascineren”

Het allerkleinste groot(s) in beeld

Tekst: Lara Geeurickx Foto: Mark Horn

Het zal je verbazen wat we allemaal nog niét weten over de ontwikkeling van een foetus”, zegt Yousif Dawood, promovendus Medische Biologie en Obstetrie & Gynaecologie. Het fascineert hem: “Dat het zo klein is en toch allemaal werkt. Met een klinische blik zie ik: het zit logisch in elkaar. Maar het blijft bijzonder.” 

Die prille ontwikkeling in beeld brengen tot in de allerkleinste details, dat kan nu met micro-CT. “De techniek is niet nieuw, onze toepassing voor menselijk weefsel wel. De contrastvloeistof die gebruikt werd, gaf vertekening in de beelden, dus die moesten we verbeteren.” Zo kon voor het eerst een embryo in extreem hoge resolutie in 3 dimensies worden vastgelegd. De beelden gingen de wereld over. In navolging van de ‘Embryonale 3D-atlas’ van zijn collega Bernadette de Bakker - modellen van embryo’s tot 10 weken zwangerschap waarin de organen in detail zichtbaar zijn – werkt Dawood nu aan 3D-beeldvorming van de foetale anatomie van 10 tot 24 weken zwangerschap, voor toepassing in kliniek, wetenschap en onderwijs. 

Het is kwetsbaar gebied, beseft Dawood, “maar zó waardevol als we hierdoor straks beter begrijpen waarom het soms misgaat.” Dezelfde motivatie ziet hij bij ouders die ervoor kiezen hun kind na zwangerschapsbeëindiging te doneren aan de wetenschap. Die optie bestaat wettelijk al sinds 2000. Nu is er ook een infrastructuur die dit mogelijk maakt: de Dutch Fetal Biobank, opgericht door Dawood en De Bakker, samen met Maurice van den Hoff, Raoul Hennekam en Eva Pajkrt. “Een traject van jaren met heldere protocollen en nauwgezette ethische kaders”. Dawood heeft deze unieke opzet zorgvuldig beschreven en de initiatiefnemers pleiten actief voor zo veel mogelijk samenwerking met andere onderzoeksinstituten, nationaal en internationaal.

“Binnen Amsterdam UMC hebben veel disciplines elkaar gevonden voor ons onderzoek: van medisch biologen en radiologen, gynaecologen en kinderartsen, tot psychologen en maatschappelijk werkers. Dat geeft mij veel voldoening. En binnen onze onderzoeksgroep is geen idee gek.” Dat zijn dé ingrediënten voor innovatie, vindt Dawood, en innovatie is wat hem drijft. “Als kind wilde ik al uitvinder worden. Iets maken wat andere mensen helpt.” 

Het zal je verbazen wat we allemaal nog niét weten over de ontwikkeling van een foetus”, zegt Yousif Dawood, promovendus Medische Biologie en Obstetrie & Gynaecologie. Het fascineert hem: “Dat het zo klein is en toch allemaal werkt. Met een klinische blik zie ik: het zit logisch in elkaar. Maar het blijft bijzonder.” 

Die prille ontwikkeling in beeld brengen tot in de allerkleinste details, dat kan nu met micro-CT. “De techniek is niet nieuw, onze toepassing voor menselijk weefsel wel. De contrastvloeistof die gebruikt werd, gaf vertekening in de beelden, dus die moesten we verbeteren.” Zo kon voor het eerst een embryo in extreem hoge resolutie in 3 dimensies worden vastgelegd. De beelden gingen de wereld over. In navolging van de ‘Embryonale 3D-atlas’ van zijn collega Bernadette de Bakker - modellen van embryo’s tot 10 weken zwangerschap waarin de organen in detail zichtbaar zijn – werkt Dawood nu aan 3D-beeldvorming van de foetale anatomie van 10 tot 24 weken zwangerschap, voor toepassing in kliniek, wetenschap en onderwijs. 

Het is kwetsbaar gebied, beseft Dawood, “maar zó waardevol als we hierdoor straks beter begrijpen waarom het soms misgaat.” Dezelfde motivatie ziet hij bij ouders die ervoor kiezen hun kind na zwangerschapsbeëindiging te doneren aan de wetenschap. Die optie bestaat wettelijk al sinds 2000. Nu is er ook een infrastructuur die dit mogelijk maakt: de Dutch Fetal Biobank, opgericht door Dawood en De Bakker, samen met Maurice van den Hoff, Raoul Hennekam en Eva Pajkrt. “Een traject van jaren met heldere protocollen en nauwgezette ethische kaders”. Dawood heeft deze unieke opzet zorgvuldig beschreven en de initiatiefnemers pleiten actief voor zo veel mogelijk samenwerking met andere onderzoeksinstituten, nationaal en internationaal.

“Binnen Amsterdam UMC hebben veel disciplines elkaar gevonden voor ons onderzoek: van medisch biologen en radiologen, gynaecologen en kinderartsen, tot psychologen en maatschappelijk werkers. Dat geeft mij veel voldoening. En binnen onze onderzoeksgroep is geen idee gek.” Dat zijn dé ingrediënten voor innovatie, vindt Dawood, en innovatie is wat hem drijft. “Als kind wilde ik al uitvinder worden. Iets maken wat andere mensen helpt.” 

“De logica van hoe een lichaam werkt, blijft mij fascineren”

Tekst: Lara Geeurickx Foto: Mark Horn

Het allerkleinste groot(s) in beeld

Hoogvlieger
JANUS • populair-wetenschappelijk tijdschrift